Spreuken 10 en 27 - Werk wijs!

Preek zondag 27 augustus 2023

Tekst: Spreuken 10:4+5; 27:2+5; 9+10

 

Geliefde gemeente,

[4+5] Het werk wacht, maar soms kun je denken: ik heb geen zin om aan het werk te gaan.

Werk is een groot deel van ons bestaan. Het kan soms lastig zijn, tegen zitten.

Ben je wel op je plek? Doe ik wel de goede opleiding?

Je kunt je vragen stellen bij de beloning. Je kunt financiële zorgen hebben.

Leert de bijbel je iets over je werk en je geld, over omgang met elkaar.

Of leer je in de kerk alleen iets over je ‘zieleheil’, over je hart?

 

We lezen een aantal spreuken:

Luie handen maken arm, een trage hand brengt armoede.

Luie handen: letterlijk staat er ‘slappe’ handen. Handen die niet gespannen zijn.

Als je ze werkeloos in je schoot laat liggen. Het doet ook denken aan het beeld van een boog.

Als daar geen spanning op staat, kun je geen pijl afschieten.

Of hij gaat wel weg, maar bereikt niet zijn doel. Het gaat erom dat je ook slim werkt en doelgericht.  Zorg dat je geen slappe spieren houdt, kom in beweging, ga aan het werk.

 

Het is niet voor het eerst en ook niet voor het laatst dat Salomo waarschuwt tegen luiheid.

Het bekendst is hoofdstuk 6: Ga naar de mier, luiaard, en word wijs. Zie hoe ze steeds werken!

Salomo zegt ook: Een luiaard irriteert: waarom help je niet mee, als er iets moet gebeuren (10:26). De luie zegt nog even sluimeren, nog even slapen.

Hij draait zich om als een deur in de sponning.

 

We gaan straks weer een nieuw seizoen in:

Ga je je inzetten voor de school, voor je werk, voor je kerk, voor je muziek of sport?

Of blijf je liever sluimeren, snoozen, stil zitten, je tijd verdoen met schermpjes.

 

Salomo zegt: een dwaze zoon of dochter dat geeft de moeder verdriet (vs 1).

Ik moet toch zelf weten of ik lui ben? Zou iemand kunnen zeggen.

Zoals dat meisje in het journaal dat zei naar aanleiding van het telefoonverbod in de klas:

Ik moet toch zelf weten of ik met andere dingen bezig ben. Mijn probleem als ik blijf zitten.

Maar een moeder wordt er verdrietig van: ze heeft meer van het leven meegemaakt.

Zij gunt haar dochter een goede opleiding, een mooie baan, goed werk.

 

[#2] Het tegenovergesteld van luiheid is ijver, dat is het tweede deel van de zin.

Wanneer de handen wel ijverig zijn, niet stil liggen, maar bezig zijn dan kom je ergens.

Dan word je rijk, dan bereik je wat. Een wijze zoon of dochter geeft de vader veel vreugde.

Wie wijs is, die is niet lui, maar zet zich in. Die wordt rijk. Is dat zo?

In de volgende spreuk wordt het heel duidelijk: als het oogsttijd is.

Als het graan, de mais, de bramen, de vijgen, de olijven binnengehaald kunnen worden,

dan moet je niet stil blijven zitten, niet lui zijn. Wie dan de oogst binnenhaalt wordt rijk. Die krijgt volle schuren. Degene die zegt: ik ga het vandaag doen. Die haalt de oogst binnen

Niet degene die zegt: morgen doe ik het. Want als hij lui is zegt hij weer: morgen doe ik het.

Uiteindelijk ligt de oogst te rotten op het veld.

Ook hier is het weer gezegd vanuit de ouder: Vader schaamt zich voor zo’n zoon of dochter.

 

Je kunt je afvragen: klopt deze spreuk wel. Je kunt toch niet zeggen dat een arme lui is?

Ook kun je altijd bezig zijn en toch niet rijk worden. En is het dan zo belangrijk om rijk te zijn?

Opvallend is dat er in Spreuken nooit negatief over een arme wordt gesproken,

Maar dat wel de luie gewaarschuwd wordt. Nee, aan armoede en gebrek kun je niet altijd wat doen. Ook heeft niet iedereen de kracht en gezondheid, of heeft niet meer de kracht om te werken. Daar gaat het niet hier ook niet om. Maar als we een nieuw seizoen ingaan, na misschien een welverdiende rust in de vakantie. Doe dat dan met volle inzet!

 

Nee, het geluk van de mens zit niet in rijkdom. Dat is niet het uiteindelijke doel.

Maar de wijze wil vooral uitleggen dat het goed is om je in te zetten en in beweging te komen. Zoals Jezus later duidelijk maakt met de gelijkenis van de talenten:

Niet iedereen hoeft en kan alles, maar gebruik de talenten die je gekregen hebt.

En zoals Paulus zegt: wees steeds overvloedig in het werk. In het werk van de Heer.

 

[# Spr. 27:2 en 5] Als je dan zo aan het werk gaat

in de bouw, op het kantoor, in de recreatie, op school.

Dan is het ook de kunst om je werk goed, wijs en verstandig en met vrucht te doen.

Dat betekent dat je soms complimenten zult krijgen, maar ook wel eens kritiek.

Hoe ga je daar verstandig mee om? De spreukendichter geeft een aantal adviezen:

Ga niet zelf zeggen dat je dingen goed doet. Misschien heb je wel bord voor je kop.

Dat je niet in de gaten hebt, dat je de dingen helemaal verkeerd doet.

Ondertussen denk je dat je het prima doet: en geef je je zelf complimenten.

Zeg niet: het is moeilijk bescheiden te blijven als je zo goed bent als ik.

Maar eigen roem stinkt. Natuurlijk moet je leren reflecteren, nadenken over jezelf.

‘Laat de ander je prijzen, doe het niet zelf’. Laat het over aan een vreemde.

Zelfs een vriend kan nog voor ingenomen zijn, en je naar de mond praten.

Maar een vreemde die langs komt en je bedankt: daar heb je wat aan.

Eigenlob stinkt, Freundes Lob hinkt, fremdes Lob klingt. 

Probeer dat dankbaar aan te nemen en geniet daarvan.

Dat complimentje, dat kaartje: lijst het in hang het op. Wat mooi die waardering.

Wat mooi ook als je anderen die waardering kan geven.

Als je de kunst verstaat om complimenten te geven.

 

[#4] Want waar gewerkt wordt, daar zul je ook kritiek krijgen.

Dat is het eigene van werk: dat je niet alles goed doet. Dat mensen soms raar reageren.

Positief gezegd: dat je feedback krijgt en ervan kan leren.

Het kan pijn doen als je op fouten wordt gewezen.

Het schijnt dat je kritiek zeven keer harder binnenkomt dan een compliment.

Toch vindt Salomo het mooi als je kritiek krijgt, als je terechtgewezen wordt.

Hij geeft aan dat daar liefde uit kan spreken.

Je hebt er meer aan, dan als iemand niets zegt. Als je in liefde wordt gespaard.

Daarom staat er ook in het vers daarna: het verwijt van een vriend is oprecht.

Ja, het doet soms pijn, een verwijt kan een wond veroorzaken.

Maar als het oprecht is, kun je het ter harte nemen en ervan leren.

Ja, de dichter gaat nog een stapje verder: soms kan iemand mooie woorden spreken.

Kan die je met een kus begroeten. Maar verbloemt het zijn slechte bedoelingen.

Judas verraadde Jezus met een kus. Iemand kan je verleiden met mooie praatjes.

Op internet proberen mensen je soms ook zo om te kopen en te verleiden.

Trap er niet in en wees op je hoede, ook al voel je je gevleid.

 

In de kerk gaan we ook veel met elkaar om. Lukt het om positief met elkaar om te gaan.

Om complimenten te geven, om te bedanken, om te zien hoe anderen zich inzetten?

Kun je uit liefde soms ook feedback geven of ontvangen en daardoor groeien.

 

Jezus werd verraden door een kus. Daardoor ging Hij aan het kruis.

Soms lijd je onder de manier waarop mensen met je omgaan.

Jezus zelf werd door anderen bespot en verlaten. Maar Hij deed dat uit liefde voor jou.

Probeer elke dag weer je waardering, je liefde, het veilige gevoel te vinden bij Jezus.

Hij heeft alles voor jou over gehad en wil je zonden vergeven.

Je bent kostbaar in zijn ogen. Hij is werkelijk de wijsheid van God!

Dat betekent ook: laat je door hem de weg wijzen, de wegen die goed zijn om te gaan.

Dat zijn liefde en waardering je ook de kracht mag geven om de taken op te pakken.

 

[# Spr. 27:9 en 10] Opvallend is dat de spreukendichter wijst op het belang van vriendschap.

Het is goed om familie te hebben, om daarbij terecht te kunnen.

Maar het lijkt erop dat Salomo het nodig vindt om juist vriendschap te stimuleren.

Natuurlijk is het fijn als je familie hebt, maar investeer ook in andere contacten.

Spreuken 18:24: Een echte vriend is meer waard dan een broer.

 

Van een heerlijke geur kun je gelukkig worden: vrolijk en blij als iets fris en nieuw ruikt.

Een heerlijke lucht, daar kun je van genieten. Prediker zegt: gebruik een fijne geur.

Daar fleur je van op. Maakt je ontspannen. Maar hoe kun je nu zorgen dat je hart opfleurt?

Dat kan gebeuren door een ware vriendschap. Vrienden die je helpen met goede raad.

Op de huwelijkscursus benadrukken we dat ook altijd:

Vergeet in de verkeringstijd je vrienden niet en zorg dat je als getrouwd echtpaar ook vrienden houdt. Daar tijd aan besteed en geniet van samen zijn, samen eten, samen drinken.

Als je er zo voor elkaar bent in goede tijden, kun je er ook voor elkaar zijn in slechte tijden.

Dan kan een vriend bij uitstek degene zijn die je helpt in nood.

 

[#6] Vriendschap is een groot woord. Wat zijn vrienden. Wanneer is iemand een BFF?

Ik denk niet dat het altijd zit in heel lang of heel intens, maar dat geniet van samen zijn of samen dingen doen.  

Als ik nadenkend over het nieuwe seizoen, bij alles wat er speelt,

Een ding zou mogen benadrukken, dan zou ik willen zeggen: werk aan vriendschap.

Wat is het rijk als je er voor elkaar kunt zijn op moeilijke dagen.

Als je met elkaar mag genieten.

Wat kun je in de gemeente veel van elkaar leren, problemen voorkomen, jezelf beter leren kennen als je tijd voor elkaar neemt en met elkaar doorpraat.

Jezus heeft zich in liefde voor ons gegeven, laten we investeren in onderlinge relaties. In werkelijk een gemeente zijn, waarin je elkaar niet alleen verdraagt, maar vanuit de liefde van Christus werkelijk om elkaar geeft.

Dat de energie die dat geeft je mag helpen om door de Geest je in te zetten op school, in de kerk, op je werk, op de vereniging. Daar word je niet lui van, maar werkelijk rijk!

Amen